Bierblogger op jaren. Tegenwoordig ook te lezen in Dwars - het studentenblad van de UAntwerpen.
White Supremacy
Om maar meteen met de deur in huis te vallen: de titel van deze Bierman verwijst
niet naar de biersmoelen en beulskoppen die vandaag met gestrekte muisarm hun
haatberichten verzenden, in een wat genante poging om de mythe van hun
voortreffelijkheid in stand te houden terwijl iedereen weet dat die al lang
elders is ingetrokken. Of misschien wel, op een bepaalde manier. Want zijn wij
Belgen niet allemaal stiekem van overtuigd dat het centrum van de bierwereld
door het Waalse dorpje Jupille loopt en dat diezelfde wereld tot tranen toe
bewogen wordt bij het horen van onze naam. “Eén Volk, één land, één bier” zo zou
Bierman dit gevoel lapidair kunnen uitdrukken, wat inderdaad niet in tegenspraak
hoeft te zijn met drie gewesten, zes parlementen en 3000 bieren, zolang er maar
een koning is om alles te regeren. Maar iedereen die niet noodzakelijk het
perspectief van België deelt (Bierman denkt dan bijvoorbeeld aan alle niet
Belgen) weet natuurlijk dat er maar twee echte koningen zijn in Europa. De
eerste is de zwarte koning die luister naar de naam Guinness. Over dit bier zal
Bierman het later met veel genoegen nog hebben, maar voorlopig is het voldoende
om op te merken dat dit bier zwart ziet als de ziel van een White Supremacist en
gekroond wordt door een hapklare romige schuimkraag waarvoor de term
likkebaarden is uitgevonden. Wat Bierman uiteindelijk tot de sleutelvraag van
zijn betoog brengt. Wat is écht wit en superieur aan al het andere? Het antwoord
is natuurlijk Pilsner Urquell, de Witte Koning van Europa. In 1842, een wat
vreemde tijd waarin gist en bacteriën nog machtiger waren dan virussen, werd in
het onooglijke Tsjechische stadje Pilsen voor het eerst een helder blond bier
van lage gisting ontworpen (lage temperatuur, onderin het brouwsel). Uitvinder
van dienst was de briljante Duitser Josef Groll die daarmee de rechtstreekse
inpiratiebron ("Urquelle" in 't schoon Duits) werd voor twee derde van alle
bieren in de wereld. Tientallen kilometers mergelgrotten werden uitgehouwen
onder de stad om de vaten op late temperatuur te kunnen laten gisten en
bovengronds verscheen een indrukwekkende brouwsite met eigen mouterij,
brouwschip en iconische toegangspoort. Ook dit bier draagt een kroon in de vorm
van een dikke laag schuim dat weerstand biedt bij het toehappen. Vers van de
tap, of beter nog vers van een ambachtelijke gebrouwen vat bij een ondergronds
brouwerijbezoek, kan de conclusie eigenlijk niet anders zijn dan dat er 180 jaar
later nog steeds maar één enkele pils bestaat in de wereld. Wie ooit één keer in
het leven écht Urquell heeft gesmaakt voelt enkel nog plaatsvervangende schaamte
wanneer adepten van pakweg Stella, Heineken of Bud elkaar trachten te
overtroeven. Boven dit alles verheven bestaat Urquell, de onbewogen beweger van
alle Pilseners, die zichzelf uitput door simpelweg te bestaan. Zoals het een
ware koning betaamt.
Abonneren op:
Posts (Atom)