Sint Hubertus: Winter is canceled

Als het buiten stenen uit de grond vriest smijten onze brouwers traditioneel de argeloze consument om de oren met wat meer alcoholische Kerst- en winterbieren. Dit alles natuurlijk om lichaam en geest wat te verwarmen en mogelijk ook om meer bier te kunnen verkopen. Helaas zijn er geen winters meer nu de klimaatopwarming zich op gang heeft getrokken. De bomen zijn wel wat kaler en het is nat, donker en kou. Maar het regent altijd teveel, het is niet koud genoeg om de kou te kunnen verbijten en gele xenonlampen drenken onze triestige lintbebouwing in een permanente sluier van mistige pis. Kortom: de winter is dood en van maart tot oktober is het herfst in ons land. Jozef en Maria moeten tegenwoordig blaren harken rond de Kerststal.

Een mens lijkt niet gemaakt om in dit soort eeuwigdurende overgangstijd te leven. Gelukkig kunnen we nog consumeren en zijn er dus die winterbieren om met wat alcohol de bittere beet van het spleen even weg te nemen (en natuurlijk het kind in de kribbe dat een boodschap van vrede brengt, maar niet iedereen is nog helemaal mee met dat verhaal). Herfst dus: het is voorlopig de enige duidelijke winnaar van de klimaatcrisis en tegelijk een van de woorden waar geen rijmwoord voor bestaat. Wie van nature wat neerslachtig is zal dit als een teleurstelling ervaren, maar heel wat grote dichters zien dit soort zaken meer als een uitdaging. Bierman citeert daarom met enig genoegen de versregels van de onovertroffen Drs. P. De eerste die doorhad dat winter gecanceled is:

De buren waren grimmig, zijn ouders diep gegriefd.
En onder zijn collega’s was hij ook al niet geliefd.
De oude juffrouw Zomer, baas Voorjaar, meester Herfst.
Ze riepen driewerf schande, juffrouw Zomer het driewerfst.

Verder is herfst bij uitstek ook het jachtseizoen. De tijd waarin menig melancholicus de tweeloop bovenhaalt om zijn weltschmertz te desublimeren tot een hagelschot in de pels van een konijntje of in de borst van een Edelhert. Bierman heeft de ervaring dat het uitspuwen van bolletjes lood bij het eten van hazenpeper of hertenfilet hem nogal brutaal herinnert aan zijn eigen sterfelijkheid, wat niet per definitie onaangenaam hoeft de zijn. Ironisch genoeg is Sint Hubertus, de man die gestraft werd omdat hij het aandurfde om op Goede Vrijdag te gaan jagen, uitgegroeid tot de patroonheilige van de jacht en bijgevolg ook het gezicht van de herfst. Het was dan ook niet meer dan logisch dat enkele jaren geleden een bier met deze naam werd ontworpen in een Ardens industriepark. Opmerkelijk genoeg geen donkere en zware bieren, maar een ambere variant en een tripel. Het klopt inderdaad dat heel wat wildgerechten beter tot hun recht komen naast goed gekruide blonde bieren en deze Sint Hubertusbieren slagen daar bijzonder goed in.

Rest Bierman nog op te merken dat het wetenschappelijk bewezen is dat eten van hertenragout, fazantenpastij en ander vlees de duur van de Herfst nog zal verlengen zodat Sint Hubertus het hele jaar gevierd en zijn bier het hele jaar gedronken kan worden. We zullen eraan moeten wennen.

Nomenclatuur

In het tweede hoofdstuk van de bijbel klink het: “dat de mens namen heeft gegeven aan al het vee, alle vogels en alle wilde dieren” en misschien was dat wel al meteen het moment waarop we vol schande het paradijs hadden moeten verlaten. Dat geval met die appel dat daarna kwam, was eigenlijk gewoon het onvermijdelijke gevolg van deze totaal misgelopen nomenclatuur. Wie een dier een dwaze naam als ‘Slang’ geeft, moet misschien niet verbaasd zijn wanneer dat beest vervolgens een kosmisch complot bedenkt om de voltallige mensheid in een afgrond van lijden en dood te storten.

Dit alles maar op te ze zeggen dat het altijd al een bijzondere ergernis van Bierman is geweest dat alles al een naam heeft en dat een groot deel van die namen dwaas klinkt. Centraal in dit kosmische drama staat natuurlijk de ingreep van een paar zatte geleerden om de planeten van ons zonnestelsel naar de Romeinse goden te noemen. Wie niets beter kan bedenken dan de gigantische gasbollen die het lot van ons zonnestelsel bepaald hebben Jupiter en Saturnus noemen heeft “saai” op het voorhoofd geschreven in een dozijn niet bestaande talen. Dan is H.P. Lovecraft nog net iets creatiever geweest met namen voor planeten als Yuggoth of Chag-Hai, thuisplaneet van de worm die knaagt in de nacht. Helaas was Lovecraft niet in de buurt toen de wetenschap faalde.

Veder zijn er bergen die doodgewoon Blanc of zelfs hoogmoedig Everest heten en mogen we blij zijn dat vogels geen rechtspersoonlijkheid hebben want anders kregen we zeker een proces aan onze broek van een Wulp of een Fuut wegens tergende en roekeloze naamgeving. Het feit dat dinosaurussen gaan lopen zijn met Tyrannosaursus en Diplodocus is nog geen reden om hun evolutionaire opvolgers te kleineren met namen als Baardmannetje, Poelruiter of Lepelaar. De Wielewaal zingt niet, maar jankt stilletjes in zichzelf om zoveel ellende.

Omdat het ook over bier moet gaan geeft Bierman nog mee dat Cara beter klinkt dan Jupiler en daarom onvermijdelijk de wereld zal veroveren, terwijl Jupiler nooit meer dan een boerengat in de Wallonië zal blijven. We moeten daar niet moeilijk over doen, dat leert de Bijbel.

Ook de trend om bieren te vernoemen naar abdijen lijkt nu wel definitief voorbij is. De goeie kloosters zijn allemaal in gebruik en Dienstmaagd van de Zaligmaker Tripel of Dubbele Missionaris van het Goddelijk Woord klinkt blijkbaar toch niet vermarktbaar genoeg. En dus heeft de nomenclatuur van onze bieren vandaag de huwelijkse banden tussen godsdienst en commercie verbroken voor een onheilig pact tussen populaire cultuur en persoonlijke interesse van de brouwer. Soms levert dat wat op zoals bij de Koekedam, Smeerolie of Homo Beerectus. Soms is de Bijbel weer helemaal terug met namen als de Zingende Blondine  of Schoenlappertje (10% van onze bierentitels is een verkleinwoord. Verkleinwoorden maken nooit iets beter). En daarmee heeft u, beste lezer, alweer wat om over te praten bij uw volgende bezoek aan het café.

Cesar

Naar het schijnt bestaat er een schilderij van een Belgische surrealist waarop een pijp staat afgebeeld en daaronder de droge mededeling dat dit het geen pijp is. Dat laatste overigens in het Frans, een taal waarin het altijd al lastig is om zich correct uit te drukken en een brood bestellen bij de bakker klinkt als het voordragen van een sonnet. De schilder van dit doek heet Renée Magritte en deze wordt gezien als het hoogtepunt van het Belgisch surrealisme, hierin slechts geëvenaard door Paul Delvaux en diens preoccupatie met treinen die nergens naar toe gaan (en misschien ook door het Vlaams parlement dat ook nooit ergens naar toe gaat). Dat is allemaal onzin natuurlijk. De grootste surrealist van ons wonderbaarlijk patattenland is Linthout, de tekenaar en voornaamste scenarist van de iconische Urbanusstrips.

Magritte is er tijdens zijn leven met moeite in geslaagd om een handvol kaders te vullen met slecht geplaatste appels en pseudo-intellectuele bijschriften bij dingen die objectief gewoon wél een pijp zijn. Linthout daarentegen zit ondertussen aan een kleine 200 volledige stripboeken waarin elk tweede prentje een surrealistische grap is. Zijn strips worden bevolkt door iconische figuren als de sloor Eufrazie. Jef Patat die samen met Eddy Wally een pretpark start. God de vader en dienst mislukte poging om schepping af te schaffen om van de miserie met Urbanus vanaf te zijn. Al ne keer gebezigd waspoeder op Uranus (eigenlijk Urbanus, maar de B is ingeslikt door de navel van de planeet). Het boerke dat botst met zijn strontkar en in tranen uitroept dat hij een heel jaar voor niks gekakt heeft. Urbanus die een bal van het Atomium vult met radioactief afval en in het oog van Janneke Maan schiet. Het is maar een kleine greep uit wat onze grootste surrealist in enkele luttele jaren bij elkaar heeft geschraapt. Linthout is geen mens, maar een onuitputtelijke bron van creativiteit, volkstaal en dorpsverhalen, humor en bovenal surrealisme van een bovenmenselijk niveau.

De schaarse strips overigens waarin Linthout het niet over Urbanus heeft, maar heel persoonlijk over zijn dementerende moeder of de zelfmoord van zijn zoon, tonen dat zonder humor een dragende grond van rauw talent en ongefilterde emotie bloot komt te liggen die bij momenten beenhard inhakt op de lezer. Deze man is een grootmeester in het surrealisme die zich verschuilt achter de onverwachte kwinkslag. De deprimerende plekken van Paul Delvaux met wat vage schimmen in een lelijk station zijn in vergelijking met deze beeldende overvloed eigenlijk wat gênant en de moeite doen om een pijp te schilderen en toch ook weer niet: het is misschien de geboorteplaats van het surrealisme, maar tegelijk zeker ook het kerkhof ervan. 

In een van de strips van Urbanus krabt Cesar, de alcoholische vader van Urbanus, de schimmel van de muur om bier mee te brouwen. Cesar is uiteindelijk ook de naam van het bier dat Bierman hier graag wil bespreken. Het bier smaakt naar bier laat dat duidelijk zijn, maar om de iconische woorden van onze tweede grootste surrealist te parafraseren: “dit is géén bier”. Dit is Linthout wiens creaties gul overvloeien in de realiteit. 

Cum Laude

Al enkele jaren levert Bierman gratuit commentaar bij de wondere wereld van het Bier en alles wat er daar zoal bij komt kijken en dat zal - als God het belieft - het komende jaar dus ook weer het geval zijn in ons huiseigen studentenblad Dwars. Een pedagogische agenda is hem daarbij niet helemaal vreemd, omdat bij studenten het hardnekkige misverstand leeft dat het consumeren van grote hoeveelheden middelmatig pilsener bier wijst op een rijk inwendige leven alsmede op buitengewone karaktereigenschappen van de beoefenaar dan deze praktijk. Om iedereen veel miserie, plaatsvervangende schaamte en spijt achteraf te besparen verklapt Bierman bij deze gewoon op voorhand dat er drie niveau’s van bierdrinkende studenten bestaan: 

In de eerste plaats zijn dit natuurlijk de idioten die effectief veel drinken en zich daarbij een imaginair publiek vol anonieme bewonderaars en smachtende blikken van een nieuwe betekenisvolle ander voorstellen. In de meeste gevallen zijn dit studenten die eigenlijk in een overgangsstadium zitten naar het volgende niveau, hoewel sommigen daar om één of andere reden erg lang in blijven hangen. Zoals gezegd is het de pedagogische doelstelling van Bierman om abituriënten en andere welgekomen nieuwlichters aan deze gezegende instelling dit voor iedereen wat gênante misverstand te besparen. 

Op het tweede niveau zitten de studenten die er net als Bierman in slagen om vrij behoorlijk te slempen. Het slempen is een specifieke bierdrinktechniek waarbij  het grootste deel van het bier niet doorgeslikt wordt, maar op verschillende andere manieren kan wegvloeien (tafel, grond, medestudenten en het eigen lichaam komen het meest voor, maar andere mogelijkheden zijn legio). Hierdoor ontstaat de illusie van kwantitatief hoge consumptie, zonder daar de gebruikelijke fysieke of psychische ongemakken bij te ervaren. Een idioot die het slempen ontdekt lijkt een weinig op de Boeddha die de verlichting bereikt, maar dan helemaal anders.

Op het derde niveau bevinden zich de bierliefhebbers die goed gebrouwen speciaalbieren met mate en onder vrienden degusteren. Net als de filosofie, mogen de teksten van Bierman gezien worden als ladders om dit hogere niveau te bereiken. Ladders die daarna gerust mogen weggegooid worden.

Helaas heeft Bierman door alle bovenstaande onzin deze keer enkel nog plaats voor een kleine trapladder: Als nieuwe studenten aan de Universiteit Antwerpen is het belangrijk om te weten dat we hier sinds enkele jaren een huiseigen degustatiebier hebben dat luistert naar de naam Cum Laude (Latijn voor afstuderen met onderscheiding) en dat gebrouwen wordt door twee uiterst sympathieke alumni economie en hun eigen brouwerij: de “Inglorious Brew Stars” (Ze zijn ook fan van Quentin Tarantino en diens holderdebolderfilm over buitenechtelijke kinderen en boosaardige Duitsers).

 Cum Laude Blauw (een verwijzing naar de kleur van het etiket) is de blonde versie en toont volgens kenners toetsen van passievrucht, mango en pompelmoes. Bierman heeft altijd wat argwaan gehad tegenover kenners die over pompelmoezen beginnen, maar wat wel onmiskenbaar vaststaat is dat het bier naar de overheersende mode van de tijd stevig door- en drooggehopt is en dat de bitterheid bijgevolg zeer sterk overheerst. Dat hoeft op zich geen probleem te zijn en maakt het alvast tot een tof bier om bijvoorbeeld op een receptie te drinken. Ondertussen is er ook een bruine variant, de Cum Laude Rood, die wat minder naar een fruitmand smaakt en meer naar een kruidenrek, maar zeker ook een fijn bier is om bij de talrijke feestelijke gelegenheden op onze universiteit te ontdekken. 

Rest Bierman u nog een gezegend academiejaar toe te wensen vol vriendschap, vakkundige slempartijen, passie en vrucht en de mangosmaak van een proclamatie Cum Laude!

Mongozo Banana of het nieuwe normaal

Tot nut en vermaak van alle lezers neemt Bierman even de tijd om de actualiteit in een halve paragraaf samen te vatten: Moeder Aarde heeft wraak heeft genomen op de volledige mensheid door middels één schamele vleermuis het economische en sociale leven anderhalf jaar volledig plat te leggen. Sommigen ontkennen die middelvinger van Moeder Aarde en verdenken er een selecte groep van superrijke mensen van wraak te hebben genomen op de aanstootgevende middelmaat van de burgerij door via 5G-zendmasten een virus de wereld in te zenden. Het vaccin waarmee die elite pretendeert de wereld te zullen verlossen bevat geheime zendertjes waarmee ze op termijn het leven van alle mensen volledig naar haar onzichtbare hand kan zetten.  

Dat laatste is helaas niet het geval. Hoe graag de mens zichzelf ook ziet als zelfstandige actor in het kosmische ballet, er zijn andere krachten aan het werk die ons in beweging zetten. We zijn geen actoren maar acteurs die meedansen om niet van het podium te vliegen. Of nog: het vaccin is wel van ons, maar niet de ziekte. Uit het doembeeld dat de mens zichzelf de duivel aandoet, spreekt hetzelfde verlangen naar autonomie en controle dat ironisch genoeg grotendeels aan de grond ligt van deze crisis en bij uitbreiding aan het permanente tekort dat alle menselijk handelen tekent. 

Maar niet getreurd! We spelen nog mee, het vaccin ligt klaar, en dus wacht ons – na blok en examens – een nieuw normaal. Het sociale leven zal zich weer op gang trekken. De terrassen en nachtwinkels zijn open en overconsumptie van alcohol wordt weerom uit de huiskamers en op de straat gebracht, waar het veel beter niet thuishoort. Vanaf nu heeft iedereen die vergat de Cara lauw te zetten opnieuw een alternatief in de sociale ruimte.  

Dus rijst de vraag wat het beste bier is om te bestellen op een zonovergoten terras na achttien maanden van droogte. Het moet een bier zijn met niet te veel alcohol natuurlijk, want dat stijgt te snel naar het ongeoefende hoofd, maar wel met genoeg alcohol om zonder al te veel remmingen door te kunnen bomen over het 5G-netwerk en andere grote maatschappelijke problemen. Verder moet het een bier zijn dat duidelijk tekenen van overcompensatie vertoont. Iets wat als het ware overloopt van levensvreugde.  

Bierman zou nooit gedacht hebben dat hij dit nog zou schrijven, maar heel deze pandemie heeft bij hem voor het eerst in zijn leven de goesting laten ontstaan om ongegeneerd Mongozo BananaCoconut of Mango te bestellen (of zelfs kriekenbier als er echt niks anders te krijgen is) en daar zelf nog wat suikerklontjes en een scheve parasol aan toe te voegen. Overigens bestaat er ook Timmermans PêcheStrawberry en Framboise op basis van Lambiek voor de mensen die echt geen risico schuwen. Kitsch, overdaad en slechte smaak: deze zomer moeten even alle remmen los, zeker ook in bierland. Natuurlijk staat het ook u vrij, beste lezer, om op het terras van café de Nieuwe Sportvriend een simpele pils te bestellen en iedereen zelf nog een fles grenadine mee te laten nemen om naar smaak toe te voegen. De komende weken gaat niemand daar raar van opkijken, dus profiteer ervan. Wat dat betreft: profiteer van het leven. U bent er nog, u hebt het gehaald. Een wereld van mogelijkheden plooit zich open. Vogels ontploffen van levensvreugde in de bomen. En morgen is een nieuwe dag.  

Ooit komt de dag dat de mensheid volledige controle heeft over haar eigen lot. Of toch zeker een kleine elite over dat van anderen. Tot die tijd is de vreugde van het moment geen slechte plaats om te verblijven. Bierman wenst u alvast goede examens en een zalige vakantie! 

Bierqueer

Omdat Bierman in deze dichtgeplamuurde dagen veel tijd heeft om na te denken, brak bij hem totaal onverwacht maar glashelder het besef door dat bier eigenlijk een grote gelijkmaker is. In de eerste plaats natuurlijk omdat enkel de bellen van de vrouwelijk hopplant als smaakmaker en bewaarmiddel aan de meeste bieren worden toegevoegd. Hierdoor vormt bier een belangrijke (om niet te zeggen de enige) bron van oestrogeen vormen voor de gemiddelde man. Sommige wetenschappers wijzen er met een fijne glimlach op dat de klassieke bierbuik eigenlijk geen verband houdt met een te hoge calorie-inname maar met beginnende borstvorming. Hoe dan ook: het is een opmerkelijke vaststelling dat een paar eeuwen terug, in een tijd waarin vooral vrouwen de roerstok in de brouwerij hanteerden, het oestrogeen rijkelijk over de wereld is beginnen vloeien.

Ach, männlich, weiblich - das sind doch bürgerliche Kategorien” leest Bierman nog bij een collega blogger over Parfum en gelijk hebben ze daar in reukland. Want zoals geuren zich mengen in de lucht die we allemaal inademen, zo raakt ons tijdsgewricht onherroepelijk vermengd in genderdivers leven en laten leven. En dus bedacht Bierman - die intussen ook lekker ruikt - dat zelfs een matige consumptie van pakweg Rochefort of Omer bewijst dat de keuze om naar bloemen of muskus te ruiken, al dan niet over gevoelens te praten en mensen te verdelen in allerhande afgebakende categorieën eigenlijk het gevolg is van een overgestimuleerde prefrontale cortex, de plaats in ons hoofd waar mensen plannen maken en impulsen onderdrukken. Aangezien alcohol direct inwerkt op de prefrontale cortex en hop naast al het bovenstaande, ook nog een natuurlijk kalmeringsmiddel is kan Bierman proefondervindelijk bevestigen dat bier een toverdrank is die mensen verzoent met de wereld en met elkaar. Het afgelopen jaar heeft ondertussen ook aangetoond dat het leven vooral iets is dat mensen overkomt terwijl ze plannen maken.

Natuurlijk bestaan er ook biermensen van de strikte observantie die bieren liefst in een overzichtelijk aantal categorieën indelen, smaakpaletten naar Frans model uit elkaar leggen met behulp van voorgedrukte schema’s en brouwerijen opdelen naar het aantal hectoliters dat ze jaarlijks produceren. Zelfs de cafés zitten in hun hoofd gevangen in een hiërarchie van voetbalkantine over volkscafé tot bruine kroeg en droge knijp. Het is een troostrijke gedachte dat bier gewoon tussen al die harde bubbels doorvloeit en moeiteloos en zonder onderscheid ieders dorst probeert te lessen. Er bestaat overigens ook Biervolk dat ongegeneerd een scheut grenadine bij de Rodenbach kapt of Westmalle dubbel met tripel mengt en deze TripTrap met gelukzalige glimlach achteroverslaat. Misschien zijn deze Mängelwesens wel de echte Bierliefhebbers. Of - om het met een boutade te zeggen - bier is Queer omdat het vloeibaar is en de scherpte van de wereld slijt.

Dit alles maar om te zeggen dat het straks, op 17 mei 2021, alweer 31 jaar geleden is dat de WHO homoseksualiteit uit de lijst van geestesziekten schrapte. Sindsdien staat deze dag  bekend als IDAHOT: de Internationale Dag Tegen Holebifobie en Transfobie. Bierman nodigt iedereen alvast uit om samen met hem een frisse ‘mannelijke’ pint, boordevol oestrogeen te drinken en zo onze verkrampte prefrontale cortex meteen wat welverdiende rust gunnen.

Ook vanuit de Uantwerpen zijn er heel wat acties. Zo schrijft onze campusdichtster Esohe Weyden een gedicht voor de drie bibliotheken waarop studenten met raamstiften kunnen reageren. Verder kan je als student eens kijken of je het ziet zitten om meer genderinclusief te communiceren in teksten of onderzoek en ook om je voorkeur voor voornaamwoorden aan te geven in je e-mail handtekening.

Voor een overzicht van al dit moois kan je surfen naar www.uantwerpen.be/communiceer-positief

Uw Bierman (hij / hem / zijn)


Untappd

Reeds lange tijd deden er geruchten de ronde in Biermans onmiddellijke omgeving dat er telefoons met aanraakscherm bestaan, alsmede een toepassing die de naam Untappd draagt en waarin de namen van alle bieren ter wereld terug te vinden zijn. Het idee hierachter zou zijn dat men bij het consumeren van een bier dit kan afvinken van een lijst waardoor het beloningscentrum in de hersenen een kleine stimulans krijgt. Andere voordelen ziet Bierman verder nog in het idee van exhaustieve bierervaring (de krachtige illusie dat een mensenleven volstaat om alle bieren één keer te drinken) en gamification (de krachtige illusie dat bier drinken iets is voor kleuters in een volwassen lichaam).

Zelf drinkt Bierman enkel bier omdat hij ervan overtuigd is dat het hem zal smaken. Een bier bestellen op café is met andere woorden voor hem een eenvoudige beweging van zijn wil die een realiteit tot stand brengt waarin objecten in zijn leefwereld zich schikken naar een hogere orde. Zijn telefoon gebruikt Bierman daarbij enkel om zijn omgeving te informeren dat hij is opgenomen in bovenstaande hogere orde en dus om existentiële redenen vooralsnog het café niet kan verlaten. Overigens maakt Bierman zich bij dit alles sterk dat hij het gros bieren dat de moeite van het drinken waard is voorlopig nog wel uit zijn hoofd kent, maar hij begrijpt dat de diffuse postmoderne geest zich aangetrokken kan voelen tot een toepassing die de onoverzichtelijke hoop bieren in kaart brengt die – mogelijk om goede redenen - buiten de canon vallen.  

En dus bestaan er ook in bierland onwillige slachtoffers van de hedendaagse veelheid die zelfs in een sociale vrijplaats als het café gebukt gaan onder onzekerheid en keuzestress. Voor deze mensen kan de telefoon dan een handig hulpmiddel zijn. Als object geeft het de persoon iets om zich aan vast te houden en als draagbare databank kan het de wilsinspanning bij de keuze voor een bier ontlasten. De gebruiker van dit toestel bestelt dan gewoon een nog niet eerder gedronken bier of probeert een virtuele mijlpaal te bereiken door bepaalde types vaker te drinken (of zou “Hopped Up level 32” iets anders betekenen?). Ook kan het gesprek op café over de toepassing zelf gaan waardoor een zekere kwantitatieve competitie met andere wilsonbekwame gebruikers ontstaat. Bierman wil in het raam van dit bericht zeker niet beweren dat het gebruik van deze applicatie wijst op een obsessieve-compulsieve persoonlijkheidsstoornis als gevolg van een slecht doorlopen anale fase (misschien eerder dat psychologie in handen van kwaadwillende personen een verrassend veelzijdig gereedschap vormt om mensen subtiel te beledigen), maar het kan - bij wijze van experiment - interessant zijn om gebruikers van deze toepassingen aan te moedigen om meer gistrijke bieren te consumeren om te kijken of de symptomen afnemen.

Hoe dan ook, zelfs bij zoiets eenvoudig als het drinken van een bier, kan geen mens ontsnappen aan zijn eigen zijnsconditie. Of, om het met een licht aangepast vers van de Kontichse dichter P.C. Verhulst te zeggen:

Als de wolken varen wij ook zo henen,
Wij zijn niet meer dan wolk en damp
Die eenzaam in de bittere levenskamp
Eens worstelen en daarna zijn verdwenen.

Voor sommige Apps is het leven veel te kort.

Eisbock

De oplettende bierliefhebber zal wel gemerkt hebben dat er tegenwoordig een ontmoedigend groot aantal unieke biertitels op de markt zijn. Het aantal bieren is de afgelopen jaren zelfs dusdanig gegroeid dat dit fenomeen door sommige geleerden als illustratie wordt gebruikt bij de uitdijing van het heelal. Teneinde deze metafoor wat verder uit te rekken is Bierman zo vrij om hier nog wat boosaardig aan toe te voegen dat er veel boeiende zaken zijn terug te vinden zijn in het universum, maar dat de meeste sterren uiteindelijk toch ook maar gewoon rode dwergen zijn. En dus zijn die rode bollen die wat verloren rondzweven in de ijle leegte van het heelal eigenlijk de Craft breweries van het universum: plaatsen waar zware elementen worden gemaakt die daarna  uit elkaar vallen zoals Uranium, Tripel Hop of Imperial Stout.

Voor sommigen is al dit biergeweld evenwel nog niet genoeg. Meer en meer brouwerijen experimenteren tegenwoordig met het distilleren van hun bieren, waarbij ze meestal voor een op hout gerijpte variant kiezen. Het is een open deur intrappen, maar bij dit proces gaat het erom dat de ethanol kookt op 78 graden en dus sneller verdampt dan de rest van het bier. Samen met de esters die de smaak bevatten kan deze bierwolk opgevangen worden en (mits het in acht nemen van een veiligheidsmarge om het schadelijke methanol te verwijderen, dus zeker niet thuis proberen), neerslaan als een bierlikeur. Het resultaat van dit alles is soms erg smakelijk.

Voorlopig zijn de straten nog onveilig omdat het spook van Corona door de wereld gaat en dus geeft Bierman nog een tip voor wie kost wat kost thuis met bier aan de slag wil gaan en het beu is om altijd weer stoofvlees te maken: Aangezien niet enkel het kookpunt maar ook het smeltpunt van ethanol lager ligt dan dat van water (-114 graden), is het ook mogelijk om van een bier likeur te maken door dit te bevriezen en vervolgens bij het ontdooien de alcohol en bijhorende esters te laten uitlekken. Zware, smaakvolle bieren zijn hiervoor goed geschikt, maar omdat deze gewoonte vooral in Duitsland en Nederland ontstond voor het veredelen van seizoensgebonden bockbieren krijgen de bieren die hieruit ontstaan tot vandaag het label Eisbock. Een gewone diepvriezer zou krachtig genoeg moeten zijn om likeur tot 15% te maken van zowat elk bier. Bij hogere alcoholpercentages bevriest de vloeistof niet meer volledig wat een erg droevige aanblik biedt en ook volstrekt nutteloos is. Bij het afgieten is het de regel om ongeveer een derde van het bier over te houden. Aangezien het eindresultaat een hoger alcoholpercentage heeft dan het origineel is het belangrijk om hier met mate van te genieten en zeker ook eens de vergelijking te maken met het originele bier om te zien of er bepaalde smaken versterkt of verzwakt uitkomen. Het is Bierman overigens volstrekt onduidelijk of er met dit procedé nationale accijns-, slijterij- of andere wetten overtreden worden. Gelieve dus eerst advies in te winnen bij een advocaat of een abonnement te nemen op het staatsblad en in geen geval de wet de overtreden.

De wat meer wetenschappelijk gevormde lezer zal natuurlijk al opgemerkt hebben dat het bij dit alles gaat om het manipuleren van aggregatietoestanden. Naast vaste stof, vloeistof en gas, bestaan er natuurlijk nog twee andere aggregatiestoestanden die nog heel wat onontdekte mogelijkheden bieden: plasma en bose-einsteincondencaat. Voor insiders in de bierwereld is het alvast overduidelijk dat de zogenaamde ontwikkeling van koude-kernfusiereactoren niet als doel heeft om de wereld van schone energie te voorzien, maar om nieuwe methodes te vinden om Rochefort 10 te veredelen.  Het is heel opmerkelijk dat zoveel mensen in deze tijden de meest vreemde complottheorieën aanhangen, maar deze eenvoudige waarheid niet onder ogen willen zien. Tot hen kan Bierman alleen maar zeggen: Wake up and follow the Beer!

Trappistes Rochefort: Triple Extra (1920 – 2020)

De afgelopen decennia hebben in ons klein bierland talloze kloosters en abdijen de deuren moeten sluiten. De secularisatie zal daar zeker iets mee te maken hebben, maar als verklaring lopen dit soort toogtermen toch meestal even hard vast als George R.R. Martin in zijn Game of Thrones. Voor ieders gemoedrust zal Bierman het er maar op houden dat de dwingende eis voor iedere jongere in onze maatschappij om zichzelf ten volle te realiseren grotendeels de weg afsluit naar een leven in gemeenschap en broederlijke / zusterlijke verbondenheid. Het oude woord van Paulus: ‘Met Christus ben ik gekruisigd. Ik leef niet meer maar Christus leeft in mij. (Gal2,20) lijkt onbegrijpelijk gebrabbel in de ogen van de moderne mens terwijl die hoogdringend naar zichzelf op zoek is op de meest onbereikbare plaatsen.

Dit alles overigens maar op te zeggen dat ook de Achelse Kluis, een telg uit de familie van cisterciënzers van de strikte observantie, sinds dit jaar geen paters meer telt en er daar dus officieel geen Authentic Trappist Product meer mag worden gebrouwen. Het Achelse bier, dat eigenlijk nog maar twee decennia bestaat, blijft wel verder ongewijzigd op de markt onder supervisie van de abdij van Westmalle. De vraag is dus of het verdwijnen van dit label een groot gemis zal zijn, los van een kleine krimp in de internationale export.

Maar niet getreurd! Van nature zijn paters geen pessimistische mensen en dus werden geen grafredes gehouden en doodsprentjes gedrukt bij het schielijk overlijden van de Achelse kluis. Vertrouwend op de Geest, die een immer uitstromende bron van genade is, zet de gemeenschap van Trappisten haar gang door de geschiedenis onverstoord verder. Het is ongetwijfeld met die ingesteldheid dat de Abbaye Notre-Dame de Saint-Remy in Rochefort recent een heel nieuw bier onder de doopfond hield: de Rochefort Triple Extra. Officieel gaat het om een oud recept uit 1920 dat terug op de markt wordt gebracht, maar Bierman heeft geleerd dat elk bier een verhaal moet hebben, dus mag ook dit nieuwe bier van hem gerust een aura van degelijkheid en ambacht meekrijgen van bij de geboorte. Belangrijker is evenwel dat ze daarmee in Rochefort voor het eerst in een eeuw terug een blond bier brouwen en dat mag – voor wie de plakkerige donkerbruine gerstenwijnen van de abdij een beetje kent – best wel een opmerkelijke prestatie genoemd worden. Het bier zelf heeft 8,1 % alcohol, een heel mooie bijna pastelgele (wat gesluierde) kleur en dankzij een gulle gift van kruiden en sinaasappelschil een heel uitgesproken citrussmaak en afdronk.

De Triple Extra is daarmee een aangenaam en zomers bier geworden dat de bijzondere verdienste heeft dat het een herkenbare smoel  heeft in het leger aan Trippels dat momenteel al op de markt is. Wat overigens niet wegneemt dat het bier in de hiërarchie van de abdij eigenlijk dichter bij een alcoholisch glas appelsiensap zit dan bij de Rochefort 12 (maar slechts weinig bieren blijven overeind naast dit monumentale bier). Bierman kijkt er alvast naar uit straks, als het tijdgewricht gekanteld is, een grote slok schuimende Triple Extra te nemen op een zonovergoten terras temidden van zijn vrienden en studenten. Zelfrealisatie kent vele vormen en de meeste daarvan zijn dicht bij huis.

N’ice Chouffe

De exacte nomenclatuur van ons klimaat zal ondertussen wel wat opgeschoven zijn, maar op school heeft Bierman altijd geleerd dat ons Belgenland gebukt gaan onder een wintervochtig warm gematigd klimaat. Dat is natuurlijk behoudens de kleine ijstijd van de 16e eeuw die door Pieter Breughel zo magistraal in zijn schilderijen vereeuwigd werd. “Zijn penselen boorden gaten in de tijd” zegt Wannes van De Velde hierover en wie is Bierman om hem daarin ongelijk te geven?

Mogelijk zal de opwarming van de aarde er weldra voor zorgen dat Moesson, Mistral en Koude Golfstroom begrippen worden die betrekking hebben op de Kalmthoutse Heide, maar in afwachting daarvan kennen we in Vlaanderenland dus nog steeds een systeem met vier seizoenen die elkaar in een geruststellend voorspelbaar ritme afwisselen: lente, zomer, herfst en winter.

Voor Bierman is dit alles alvast een goede gelegenheid om op te merken dat twee weinig in kaart gebrachte gevolgen van de klimaatopwarming erin bestaan dat de Vier Seizoenen van Vivaldi moeten herschreven worden tot ‘nat en droog seizoen in d-mineur’ en dat Brasserie D’Achouffe in Wibrin haar assortiment seizoensbieren zal moeten aanpassen, waarbij jammer genoeg de winter – zoals dat gaat bij klimaatkrissen - het eerste slachtoffer zal zijn.

Voor de volledigheid geeft Bierman eerst nog even mee dat het zomerbier van de Brasserie luistert naar de naam Chouffe Soleil en dat de Chouffe Bok 6666 een traditionele Herfstbok is naar Hollands model. Een specifiek lentebier hebben ze niet echt in de aanbieding maar misschien vinden de Chouffebrouwers net als Bierman dat de lente het meest overbodige seizoen van de vier is met haar gênante samenraapsel van onvervulde beloften, de leugen van de eeuwige jeugd en vooral die  verwarrende mix van romantiek en voortplanting waar niemand wat mee kan aanvangen. Of misschien moet gewoon de Chouffe Blanche dat seizoensvormige gat opvullen met een verwijzing naar bergwandelingen, skivakanties en ander vermoeiend vertier.

 Het zijn allemaal wat uitgesponnen overwegingen die Bierman uiteindelijk brengt bij de kern van de zaak: de N’ice Chouffe, het winterbier van de Brasserie. Kwalitatief is dit bier duidelijk van een hogere orde dan haar zusters met een stevige basis van alcohol en een genereuze gift van vorstbestendige kruiden die de aders opentrekken en het bloed wat sneller doen stromen. Zelf beveelt de brouwerij aan om het bier te drinken tussen half oktober en half februari, maar voor wie net als Bierman de lente liever overslaat lijkt het beter om op een mooie vroege meiavond - als de wind keert en mist gaat liggen en net achter de kim de volheid der dingen lonkt - om dan gewoon de N’ice Chouffe weer even te laten staan en de eerste Chouffe Soleil van de zomer uit te schenken. Moge onze jaren talrijk zijn en onze winters steeds lang en koud!