Schieve Tabernak

Iets zinvol zeggen over de Schieve Tabernak van de nieuwe Brusselse brouwerij De La Senne moet zowat de grootste uitdaging zijn waar Bierman al voor gestaan heeft. In de eerste plaats omdat hij het bier rechtstaand vermocht te proeven op de koude koer van het Vlaams gemeenschapscenter Elzenhof bij het brouwen met de gasten van Malt en Mout. In alle eerlijkheid kan Bierman met geen mogelijkheid meer zeggen hoe dit bier smaakte. Het enige dat nog een beetje bij is gebleven is de eerder bleke kleur en hagelwitte schuimkraag die vaker voorkomt wanneer ongemoute granen gebruikt worden (in dit geval rogge). Een paar keer klikken op het wereldwijde web maakt duidelijk maken dat de Schieve Tabernat een complex bier is waar veel smaken in samenkomen. Maar voor wie alle smaken van wat meer complexe bieren wil ervaren zijn nu eenmaal warmere temperaturen en grotere aandacht een absolute noodzaak. Overigens was het bier wel lekker, verfrissend en dorstlessend, wat toch ook geen onbelangrijke eigenschappen zijn.

Een tweede obstakel op het pad naar een samenhangende bespreking is het verhaal achter dit bier. De brouwers van De La Senne hebben een aantal titels in eigen beheer en brouwen daarnaast nog voor een aantal bevriende microbrouwerijen. De Schieve Tabernak maken ze in samenwerking met de Canadese brasserie Trou Du Diable. Het prachtig vormgegeven etiket in de tradities van de Senne, geeft zijn betekenis niet meteen prijs. Afgebeeld staat een priester die gezeten in een scheef tabernakel het schielijk overlijden van een duivel beweent terwijl het heilig sacrament rondom hem op de grond gestrooid ligt en buiten een apocalyptisch onweer woedt. Voorwaar een satanistisch visioen van het brave en veilige soort dat Bierman doet denken aan de monumentale roman ‘Là-Bas’ van Joris-Karl Huysmans.  Verder betekent een Schieve Architect in de Marollen gewoon een complete prutser, waarbij verwezen wordt naar de ‘chief’ architect van het Justitiepaleis die de helft van de buurt sloopte om zijn project te realiseren. Ook “Tabernac” staat sinds jaar en dag geboekt als een Canadees krachtwoord. Dus misschien is de naam van het bier wel een dubbele vloek waar zelfs de duivel van plat gaat. Maar hoewel Bierman gediplomeerd theoloog is, slaagt hij er verder niet in om kop of staart te krijgen aan de allegorische voorstelling op het etiket. Waarschijnlijk ontbreekt hem een cruciaal element dat in de binnenstad van Brussel tot het collectieve geheugen behoort. Benieuwd of iemand hem uit zijn onwetendheid kan verlossen.


Rest Bierman nog te zeggen dat voor wie in Brussel is en even wat minder zin heeft in een zure Gueuze, de brouwsels van De La Senne een smakelijk alternatief bieden, waarbij de heren brouwers bovendien nog heel wat moeite doen om de ziel van de stad op een hedendaagse manier in de fles te krijgen. Een stad zonder brouwerijen is een dode stad. 

Delirium Tremens

In een poging origineel uit de hoek te komen kent Bierman langere periodes waarin hij de meest obscure nieuwe bieren de revue laat passeren. Daardoor verdwijnen natuurlijk heel wat grote gevestigde waarden wel naar de achtergrond, maar op zich is dit geen probleem omdat grote gevestigde waarden uit hoofde van hun soortelijk gewicht perfect in staat zouden moeten zijn een lang verblijf in de luwte te overleven. Anders zouden het geen grote gevestigde waarden zijn. Dit alles om te zeggen dat Delirium Tremens, het onderwerp van deze tekst, uitgegroeid is tot een monumentaal en succesvol bier waar Bierman het afgelopen decennium nog geen woord over heeft gesproken.

De Delirium Tremens ontstond bij brouwerij Huyghe in het kielzog van Duvel als een variant van deze stevige gouden Ale die in korte tijd de wereld veroverde. De kenmerken die de Delirium overnam van Duvel zijn vooral de volledig uitgefilterde helderheid en het hoge alcoholpercentage dat ook bewust, warm en nadrukkelijk tot uiting komt in de smaak. In vergelijking met Duvel heeft de Delirium wel meer kleur, kruiden en body, wat hem iets dichter naar de klassieke Trippel abdijbieren doet opschuiven. Maar naast het feit dat het om een degelijk bier gaat is het toch vooral de kenmerkende Roze Olifant die de Delirium in de markt plaatst die het bier een stoer en speels karakter geeft, in een verpakking die aan snoep en speelgoed doet denken.

De expliciete link met overconsumptie van alcohol in de naamgeving heeft het bier  evenwel internationaal al heel wat problemen opgeleverd. Een Delirium Tremens is dan ook de naam van een zwaar ziektebeeld. Het betreft hier geen bijverschijnsel van de eigenlijke alcoholintoxicatie, zoals vaak wordt aangenomen, maar een ontwenningsverschijnsel na een langdurige periode van alcoholmisbruik. Het fenomeen zet zich drie dagen na het einde van het alcoholmisbruik, duurt ongeveer even lang en gaat gepaard met stuiptrekkingen, verwarring en hallucinaties (vandaar de Roze Olifant). Zonder behandeling is de aandoening in een derde van de gevallen dodelijk. Overigens sterven per jaar ongeveer 3,3 miljoen mensen aan de overmatige consumptie van alcohol of aan ziektes of ongevallen die hiermee te maken hebben. Een veelvoud hiervan kent een duidelijke verlies aan levenskwaliteit en bovendien moeten bijzonder veel mensen dagelijks omgaan met de problemen die familieleden of vrienden veroorzaken door de overconsumptie van alcohol.  In het licht van deze gegevens is de naamgeving van de Delirium Tremens inderdaad misschien een weinig ongelukkig te noemen.

Maar Bierman hoopt toch dat bierliefhebbers aller lande de mild ironische inslag van de Delirium kunnen smaken en begrijpen dat dit bier zeker niet bedoeld is om snel veel van te drinken. Degustatiebieren bestaan om mensen de kans te geven om rustig van een bier te genieten als totaalervaring. Dat is volgens Bierman overigens met alle goede bieren het geval en Bierman drinkt geen andere bieren.