Omer

Bierman, zo zeggen studenten mij bij gelegenheid wel eens, er is iets mis met ons land. Bierman schudt bij het horen van deze woorden dan wijs zijn hoofd en houdt er verder met troebele ogen het zwijgen toe. Sommige dingen behoeven geen commentaar en overigens ook geen uitnodiging om veder doorgeboomd en uitgebeend te worden. Vlaanderen, zo zeggen die studenten dus, en bierman nipt aan zijn Omer en knijpt half de ogen toe van puur genot, Vlaanderen heeft de verkeerde grenzen. De Hollanders hebben ons Zeeland afgepakt en Maastricht is een kunstmatige knobbel Vlaams gebied. De IJzeren Rijn zou akkerdzjie door het centrum van Maastricht moeten lopen in plaats van die boemel langs het prinsbisdom Luik. En Noord-Frankrijk, zo wordt zonder overgang opgeworpen terwijl Bierman even de oren spitst, Noord-Frankrijk is ook van ons: Honschoote, Hazebrouck, Wormhout, Steenvoorde, De Franse Moeren, Winnezeele, Bergues en Duinkerken zijn Vlaamse steden en dorpen. Daar woonden de graven van Vlaanderen toen heel de wereld nog op onze kop zat omdat wij alle lakens hadden. Daar wordt Vlaams gesproken, Vlaams geleefd en Vlaams gebrouwen. Zelfs in St. Omer kunde nog Studio Brussel ontvangen, zo wordt menig betoog besloten.

Op de gewijde stilte die dan valt placht bierman al zijn wijsheid en adem te verzamelen. Even een zacht schudden van het hoofd, alsof een gedachte hem zwaar valt en bierman steekt van wal. Vlaanderen is groot genoeg, maar iedereen is welkom om aan te sluiten en met ons mee te doen. De Walen zijn een goede kopie, maar de Ardennen zijn nu eenmaal moeilijk af te graven, dus zullen ze altijd wel wat hoger zitten. Nochtans zouden we de grond goed kunnen gebruiken om het kanaal te dempen. Maar de Walen hebben evenveel en even lekker bier als Vlaanderen… dus zijn het Vlamingen, en wie het daar niet mee eens is, is een buitenlander. Als ervaren caféfilosoof weet bierman dat een boetade op tijd en stond het glas gevuld houdt. En inderdaad, onder algemene bijval worden de glazen bijgeschonken.

De Hollanders van de Achelse kluis, zo gaat bierman verder, zijn weggevlucht weg uit hun land om net over de grens te gaan brouwen. Als het is om te brouwen zijn ze welkom, dat is pas inburgering. Meteen voelt bierman, niet geheel gespeend van enig eigenbelang, dat een stille wenk hier op zijn plaats is: Een villa in Schoten is overigens ook uitermate geschikt om te brouwen.

Maar, zo stelt bierman, laat ons eerlijk zijn, laat ons een vat een vat noemen. Waar het eigenlijk allemaal om draait, waar elk gesprek altijd weer op neerkomt, is toch altijd weer Bellegem deelgemeente van Kortrijk (de meest Oost-Vlaamse stad van West-Vlaanderen). In Bellegem staan twee brouwerijen, voorbij Bellegem begint Vrankrijk. De grens is rechtvaardig getrokken. Een weerwoord overbodig.

Terwijl iedereen de rechtvaardigheid van dit betoog beaamt spreekt bierman verder met tranen in de ogen. In Bellegem brouwen ze Bockor pils, Jacobins en Bellegems Bruin en daarmee drie monumentale zuilen van Vlaamse biercultuur. Maar naast bier van het verleden, maken ze sinds vorig jaar Omer en dat…(Nu daalt de stem van bierman tot een schor gefluister en hij smakt met zijn lippen zoals Lamme Goedzak dat doet bij het zien van gebraden Kapoenen met boter en armdikke worsten) …is het bier van de toekomst.
Ooit stopte mijn trein te laat in het station, waardoor ik de stad moest intrekken op zoek naar een café. In den Baziel bestelde ik een Omer en toen moest zelfs bierman even slikken. Een glas als een open kelk, met schuim dat van plezier uit het glas springt. Een body zo licht dat je niet weet of je nu een slok in de mond hebt of niet, als een mooie vrouw die in je armen springt. De volle klassieke smaak van echt bier met een stevige alcoholvolume in de beste traditie van Blonde hoge gisting. Maar dan, op het einde, net als je denkt: lekker, Vlaams maar niet opmerkelijk, dan bloeit het bier een tweede keer open. Een frisse subtiele toets van citrus die lang blijft nazinderen en met verstomming slaat. Ik heb direct mijn volgende trein gemist.

Geen opmerkingen: