Hoewel bierman tekstjes schrijft voor de Zonnelandjes van de universiteit van Antwerpen, woont hij eigenlijk in een godvergeten gehucht van Oudenaarde in een oude bocht van de schelde. Geologisch-toeristisch gesproken ligt biermans dorpje – waar overigens ook andere mensen wonen die niet allemaal bier drinken - op de grens van de Zwalmstreek, Scheldevalei en de Vlaamsche Ardennen. Gezien deze niet onbelangrijke troeven, heeft in biermans agrarische dorpje dan ook iedereen van naam en stand een koersvelo om de Ronde Van Vlaanderen na te spelen. De lokale beloftekampioenen scheuren kompleet afgetraind aan schrikbarende snelheid doorheen de dorpskern, terwijl de lokale veertigers op hun al even schrikbarend dure Merckxfietsen hun bierbuik langs het jaagpad aan de schelde rollen. Soms verenigen de wielerfanaten zich in clubs en rijden dan om ter snelste, wat niet noodzakelijk hetzelfde is als snel. Om een lang verhaal kort te maken: als een twintiger plots veertig wordt dan koopt hij een Merckxfiets, dat is de ongeschreven wet van het wielermilieu en zo komen oude koersvelos te koop te staan langs de kant van de weg. Na jarenlang ontelbare voortuintjes gepasseerd te zijn met daarin te koop staande fietsen kon bierman zich op een warme zondag afgelopen zomer niet langer bedwingen. Bierman heeft nu ook zo een koervelo. En zo is het gekomen dat bierman voortaan elke zondag zijn koersbroek met zeemvel aantrekt alsook zijn sponsen handschoentjes zonder vingers. Dan neemt hij zijn pas verworven rijwiel en begint aan zijn persoonlijke Ronde Van Vlaanderen: Biermans Brouwerijenroute. Na het jaagpad langs de Schelde tot in Oudenaarde, slaat bierman vlak voor de binnenstad linksaf om de voetgangersbrug over de schelde op te rijden. En halverwege die brug over de Schelde blijft hij staan om het uitzicht te bewonderen: bouwerij Liefmans.
Het hart van deze brouwerij wordt gevormd door een prachtig bakstenen gebouw van vier etages in 19e eeuwse industriële stijl (een echte fabriek dus en geen modern steriel geval van staal en glasl), omgeven door de loskade bij de rivier, opengetrokken bijgebouwen en een paar rijen windstrelende populieren. Vanop de plaats waar bierman staat ziet brouwerij Liefmans er met voorsprong uit als één van de mooiste industriële sites van ons land. Overigens is bierman bij gelegenheid ook eens binnen gaan kijken in de brouwerij. De open zinkkuipen van Liefmans hebben iets weg van een ondiep art-deco zwembad. De open ramen en verweerde materialen dragen bij aan de plechtige sfeer van noeste arbeid en edel ambacht. De grote houten schotten om het gistschuim af te scheppen, hangen aan hengsels hangen in de diepe kuipen en worden tot op vandaag nog steeds door twee man met de hand voortgetrokken. Overigens worden na de recente overname door Moortgat op deze site enkel nog de ingrediënten gemengd en in contact gebracht met de wilde omgevingsgisten. Het eigenlijke rijpen en bottelen gebeurt voortaan in Breendonk. Enkel de kriekbieren worden in een tweede fase nog ter plaatse op krieken gelegd.
Als bierman echt goesting heeft rijd hij op zijn stalen ros nog een kilometer verder om dan net voor Ename rechts de Volkegemberg op te draaien op de grote plaat (12 procent). Na de kasseien volgt dan de redelijk geschifte afdaling van de Boigneberg (15 procent kronkelbaantjes) om dan een paar straten verder rijdt langs de mooie brouwerij Roman in Mater te passeren. Na de kasseien van de Jagerij en terug een stukje scheldevalei passeert bierman dan bij gelegenheid nog even langs het hoeventje van brouwerij Contreras in Gavere.
Vlaanderen is rijk en enkel de inkompoort van Slagmuylder is mooier dan het brouwschip van Liefmans. En wie mij niet gelooft moet hier zelf maar eens een koersvelo komen kopen en gaan kijken. De veertigers raad ik Volkegemberg wel eerder af, zeker op de grote plaat. Hoewel er boven wel een goed café is.
Het hart van deze brouwerij wordt gevormd door een prachtig bakstenen gebouw van vier etages in 19e eeuwse industriële stijl (een echte fabriek dus en geen modern steriel geval van staal en glasl), omgeven door de loskade bij de rivier, opengetrokken bijgebouwen en een paar rijen windstrelende populieren. Vanop de plaats waar bierman staat ziet brouwerij Liefmans er met voorsprong uit als één van de mooiste industriële sites van ons land. Overigens is bierman bij gelegenheid ook eens binnen gaan kijken in de brouwerij. De open zinkkuipen van Liefmans hebben iets weg van een ondiep art-deco zwembad. De open ramen en verweerde materialen dragen bij aan de plechtige sfeer van noeste arbeid en edel ambacht. De grote houten schotten om het gistschuim af te scheppen, hangen aan hengsels hangen in de diepe kuipen en worden tot op vandaag nog steeds door twee man met de hand voortgetrokken. Overigens worden na de recente overname door Moortgat op deze site enkel nog de ingrediënten gemengd en in contact gebracht met de wilde omgevingsgisten. Het eigenlijke rijpen en bottelen gebeurt voortaan in Breendonk. Enkel de kriekbieren worden in een tweede fase nog ter plaatse op krieken gelegd.
Als bierman echt goesting heeft rijd hij op zijn stalen ros nog een kilometer verder om dan net voor Ename rechts de Volkegemberg op te draaien op de grote plaat (12 procent). Na de kasseien volgt dan de redelijk geschifte afdaling van de Boigneberg (15 procent kronkelbaantjes) om dan een paar straten verder rijdt langs de mooie brouwerij Roman in Mater te passeren. Na de kasseien van de Jagerij en terug een stukje scheldevalei passeert bierman dan bij gelegenheid nog even langs het hoeventje van brouwerij Contreras in Gavere.
Vlaanderen is rijk en enkel de inkompoort van Slagmuylder is mooier dan het brouwschip van Liefmans. En wie mij niet gelooft moet hier zelf maar eens een koersvelo komen kopen en gaan kijken. De veertigers raad ik Volkegemberg wel eerder af, zeker op de grote plaat. Hoewel er boven wel een goed café is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten